Home » CWO » Onderdelen theorie-examens » Zeiltermen » Dwarspeiling
Dwarspeiling
Als je overstag gaat maak je een hoek van ongeveer 90°. Om te zien waar je overstag moet gaan om bij een bepaald punt uit te komen, maak je een dwarspeiling. Je kijkt recht opzij (90°) en vaart net zo lang door totdat je het punt haaks op de boot ziet. Daar ga je overstag.

Bootje A heeft de boei schuin voor zich. We noemen dit voorlijker dan dwars; bootje B heeft de boei dwars en bootje C heeft de boei schuin achter zich. We noemen dit achterlijker dan dwars.
<<Terug Verder>>